DE KLEINE WATERVAL
Het water maakt een lange reis
Nu valt het hier van het plateau
Waar even het de hoogte vond
En dan verzinkt als vloeibaar ijs
Ginds komt het wellend uit de grond
Passeert het slot en trapsgewijs
Verandert telkens het niveau
Zo gaat het heel de wereld rond
En keert terug waar het ontstond
En stroomt dan weer van ons vandaan
Ontspringen, zijn, ten ondergaan –
Wij stromen als het water mee
Het spiegelt ons vergeefs bestaan:
We drijven langzaamaan naar zee
 |