P E R S B E R I C H T

Verklaring omtrent het stadsdichterschap te Arnhem

Het stadsbestuur van de gemeente Arnhem heeft besloten geen stadsdichter aan te stellen. Wel zullen burgemeester en wethouders af en toe een dichter aanzoeken bij speciale gelegenheden een gedicht te schrijven. Wie in aanmerking wil komen, kan zich daarvoor melden bij het college, "dan komt iedereen een keer aan de beurt", zoals burgemeester Krikke dat verwoordde volgens dagblad De Gelderlander (9 februari 2005).

Burgemeester en wethouders geven hiermee aan geen belang te hechten aan de functie van stadsdichter. Ze kennen geen meerwaarde toe aan het benoemen van een dichter met een goede staat van dienst, een dichter die een eigen karakter aan de functie kan geven, een dichter die in een vastgestelde periode iets kan opbouwen en een eigen geluid kan ontwikkelen.
Daarmee zegt het college in feite ook de poëzie als medium niet serieus te nemen. Als iedereen aan de beurt komt, ongeacht voorgeschiedenis, verdienste, talent of visie, gaat het niet om de poëzie maar om een verkeerd begrepen idee van kunst in samenhang met democratisering.

Ik zou het evenmin toejuichen als iedereen zich mocht opgeven voor het vervaardigen van beeldend werk in de openbare ruimte, voor het ontwerpen van gebouwen, voor het beoefenen van de geneeskunst of voor het vervaardigen van vonnissen en het opleggen van straffen, laat staan dat "iedereen dan een keer aan de beurt komt".
Kunst en wetenschap hebben met democratie niks te maken. Iedereen één dag burgemeester van Arnhem lijkt mij haalbaar en misschien zelfs wenselijk; verder dan dat wil ik niet gaan.

Burgemeester en wethouders hebben, vermoedelijk om de gruwel van een verkiezing van de stadsdichter te ontlopen, de voorkeur gegeven aan een lafhartige en beledigende oplossing. Het is terecht dat er geen verkiezing komt. We stemmen er ook niet over wie trainer van het Nederlands elftal wordt, wie mag deelnemen aan de olympische spelen, of wie al dan niet een vliegtuig mag besturen.

De huidige oplossing is echter onaanvaardbaar. Het stadsdichterschap is een serieuze zaak. Het mag geen speeltje worden voor een stadsbestuur dat nu eens deze dan weer gene hem welgevallige dichter een opdrachtje geeft. Een stadsdichter is gebaat bij continuïteit, vrijheid, een vastgestelde periode voor zijn functie en een zeker maatschappelijk aanzien. Zonder dat verwordt het schrijven van stadsgedichten tot een hobby voor dorpsgekken en zondagspoëten.

Ondergetekende heeft besloten zich niet beschikbaar te stellen voor het incidenteel uitverkoren worden tot het bakken van een schrijfje voor het college van B&W, tenzij het college besluit een duidelijke kwalitatieve keuze te maken waarbij de volledige artistieke autonomie van de dichter wordt gewaarborgd.
Het stadsbestuur is in de gelegenheid te kiezen voor een beperkt aantal professionele publicisten of voor de schier eindeloze kring van zingende harten, zwijmelende poëtasters of andere zelfbenoemde woordkunstenaars.

Arnhem, 5 maart 2005
Cees van der Pluijm

zie www.literatuurplein.nl

 

| index | actueel | curriculum | bibliografie | gedicht | column | foto's | reageren | sitemap |