MENING  (oktober 2006)

over de schijn van vrijheid

Je kunt geen website meer aanklikken of er verschijnt een scherm met een enquête: wat jij van die website vindt, is heel belangrijk. Daarnaast is er geen nieuwsverschaffing meer of er wordt gelegenheid gegeven tot reactie: het straatinterview. Ook heeft elke organisatie tegenwoordig wel een forum waarop gebruikers stellingen kunnen poneren en meningen kunnen geven..

 

De resultaten zijn schrikbarend. Wie de reacties leest op www.telegraaf.nl , de bijdragen aan www.geenstijl.nl of de discussies op www.gaykrant.nl krijgt het gevoel in een land vol analfabete racisten, domme schelders en beroepshaters te leven.

 

Moet dat? Ja, want we hebben vrijheid van meningsuiting. Is ieders mening belangrijk? Ja, want we leven in een democratie. Heeft het zin? Nee.

De gedachte dat ieders mening ertoe doet, leidt tot peilingen (zoals destijds bij Barend & Van Dorp) als: 'Nederland wint morgen met 1-0 van Andorra'. 45% zegt ja, 35% nee en 20% heeft geen mening. Je kunt net zo goed een visie vragen opr het weer van 25 december 2009 aan een kolonie apen in Blijdorp.

 

De internetfora worden volgeschreven door zwakbegaafde lieden met te veel vrije tijd. Elke zinnige discussie wordt in de kiem gesmoord door verdachtmakingen, scheldpartijen, ongecensureerd fascisme, vreemdelingenhaat, wraakzucht en politiek onbenul.

En niet één zin getuigt van zelfs maar de minste beheersing van de Nederlandse taal. Achterlijkheid lijkt een voorwaarde om te mogen meedoen.

 

We hebben een schijndemocratie. Eéns per vier jaar mogen we een stem uitbrengen. Verder worden we overal permanent ondervraagd over vanalles zonder dat het enige relevantie heeft. Maar we krijgen wel de indruk dat we kunnen meepraten.

En de diepste krochten van onze ziel mogen we openen op de internetfora: schijnvrijheid. Want 99% van alles schrijvers durft de eigen naam niet te gebruiken. Schuilnamen van verongelijkten, schijnfiguren die nergens anders terecht kunnen. En dat heet vrijheid.