OUD EN EENZAAM  (februari 2006)

over de weg naar het einde

"God is Liefde, Gerard."

"Ja, en lik me reet is ook een wals, Matroos."

"Maar de Paus heb het anders zelf gezegd."

"De Paus, de Paus, Walter Kous is een zoon van de Paus. Applaus!"

"Ja, spot er maar mee. De Paus is wel de plaatsvervanger van Jezus op aarde."

"Een kut vol slijm, een reet vol stront, God is overal."

"Ja mooi, Wolf!"

"Heb ik dat geschreven?"

"Ja, wie dacht je dan? Herrie Mulles? Ratzinger zelf?

"Herrie Mulles was een Duitse padvinder en de Paus ook, of niet Matroos?"

"Ja, Wolf, wat ze ook hebben weggehaald bij Mulles, niet zijn verleden."

"Een padvinder en een Ratzinger, dat rijmt."

"Mooi Wolf, je kunt het nog."

"Een baken wilde ik zijn voor mijn volk. Een licht in de nacht die leven heet."

"Ja, het is goed. Er is een nieuwe poezenkaart voor je gekomen."

"Ik wil geen poezenkaart. Ik heb gestreden in Indië waar we de ploppers uit de klapperbomen schoten. Daar heb ik een mooie onderscheiding voor gekregen van de koningin."

"Ja, hoor. Hier, je melk. Drink maar op. De kaart is van Thera C., je weetwel, Wolf."

"Thera C.? Die? Ze moesten ze een brandende poppenwagen d'r kutwerk binnenrijden. Dat vond de koningin ook, al drukte zij zich natuurlijk in geheel andere bewoordingen uit, hoe heet het."

"Rustig maar, Wolfje. Het komt allemaal goed. Drink je melk nou maar en neem er nog maar een pammetje bij."

"Vrijheid! Ziekte! Ouderdom! Leve  de dood!"

"Ja hoor. Hier, drink nou maar."