NIETS DAN GOEDS  (april 1999)

over Johan Polak en bij de dood van Eddie Holthuis

Het literaire tijdschrift "De Parelduiker" wijdde onlangs een nummer aan de in 1992 overleden uitgever Johan Polak. Het is even lezenswaardig als curieus. Polak studeerde klassieken en was, tengevolge van een erfenis kort na de oorlog, puissant rijk. Hij gebruikte zijn geld om een uitgeverij op te zetten die prachtige boeken uitgaf, hij stichtte een aantal boekhandels (waaronder de Athenaeum op het Spui in Amsterdam), hij voorzag zichzelf van twee prachtige huizen waarin hij een bijzondere kunstcollectie en een legendarische bibliotheek herbergde. Daarnaast leverde Polak al in de jaren zestig een grote bijdrage aan de homo-/lesbische emancipatie; enerzijds door zijn boekuitgaven, anderzijds door zijn publieke optreden, zijn COC-bestuurslidmaatschap en deelname aan een tijdschrift als "Dialoog"

 

Niet alles was echter een even groot succes. Polaks uitgeverij maakte nogal wat boeken waar geld bij moest en beleefde in de jaren tachtig een grote neergang. Ook de boekhandels waren niet allemaal even succesvol. Polaks gezondheid liet veel te wensen over en in de laatste jaren van zijn leven verscheen de vroeg oud geworden ex-uitgever menigmaal op televisie, waarbij hij van zichzelf in toenemende mate een erudiete charlatan begon te maken, die uitblonk in gespeelde zelfvernedering.

 

"De Parelduiker" doet van dit alles uitgebreid verslag. Maar dat niet alleen: het ontrafelt de mythe die Polak bij leven van zichzelf gemaakt had. Al lezende bekruipt je het gevoel dat er wel erg weinig overblijft. Polak was een man die het met de waarheid zelden nauw nam. Om aan seks te komen, zette hij mensen die afhankelijk van hem waren onder druk of hij betaalde ze er rechtstreeks voor. Als uitgever heeft hij nauwelijks nieuwe auteurs ontdekt. Zijn tekstuitgaven waren vaak slordig en schrijven kon hij ook niet. Na zijn dood bleek zijn bibliotheek volstrekt niet zo belangrijk als iedereen dacht. En uiteindelijk: Polak was inderdaad niet het genie dat hij altijd ontkend had te zijn.

 

Hoe waar een aantal van deze observaties ook mogen wezen, er ontbreekt een belangrijke tegenstem. Ik herinner mij Johan Polak in hoge mate als een man met wie je enorm kon lachen, een man die vrolijkheid verspreidde en tegelijkertijd anderen royaal liet delen in zijn kennis en zijn levenservaring. Hij was een man vol anekdotes die hij met groot genoegen vertelde. Hij had een oprechte interesse voor mensen en kon heel bezorgd zijn als het iemand tegenzat.

En dat niet alleen: ik weet dat hij nogal wat mensen volstrekt onbaatzuchtig financieel heeft bijgestaan, met giften of renteloze leningen. Ook heeft hij allerlei kunstenaars opdrachten gegeven tot het maken van werk, beroemde (als Willink) maar ook minder beroemde die het geld goed konden gebruiken.

Jonge schrijvers konden van Polak altijd adviezen krijgen, ook zonder tegenprestatie, en dat waren vaak niet de slechtste adviezen. Wie Polak een brief schreef, kreeg antwoord.

 

 

Ik mis in "De Parelduiker" de stemmen van al die mensen die zich gezond hebben in Polaks aanwezigheid, steun en vriendschap, die van hem geprofiteerd hebben, die hem gebruikt hebben om wie hij was en wat hij had.

Polak mag dan een dubbele, moeilijk duidbare figuur geweest zijn, van wie met recht en reden veel slechts te vertellen valt - de dubbelheid van zijn karakter komt alleen tot haar recht als ook de goede kanten in het volle licht komen te staan. Maar helaas, de mens bijt het liefst de hand die hem gevoed heeft.

 

Nu nog iets anders. Bij toeval hoorde ik onlangs dat volstrekt ontijdig en onverwacht Eddie Holthuis is overleden. Hij zal nog geen veertig zijn geweest. Eddie Holthuis maakte het programma "de Roze Golf" voor Radio Oost. In december was ik nog te gast bij hem in de studio vanwege de publicatie van mijn verzamelde gedichten.

Velen zullen Eddie Holthuis niet gekend hebben. Maar als er in Oost Nederland iets te doen was met homoseksualiteit, kon je Eddie Holthuis er met zijn bandrecordertje vinden. Opvallend was hij niet. Hij was nuchter en bescheiden, maar deed zijn werk met vakmanschap en overtuiging.

 

Eddie Holthuis stond niet in de schijnwerpers. Hij drong zich niet op. Hij verhief zijn stem niet en benaderde de mensen met respect. Zo word je niet beroemd. Ik heb nergens een "in memoriam" gelezen en er zal nooit een themanummer van een tijdschrift aan hem gewijd worden. Eddie Holthuis was een van de velen die zonder zich in de kijker te spelen een belangrijke steen bijdragen een de homo-/lesbische emancipatie. Ik zal hem niet vergeten, dat beloof ik.

 

nieuwste column overzicht