BEKENTENIS  (januari 1998)

n.a.v. een dominee die verklaarde pedofiel te zijn, wat hij niet was, maar waarmee hij de goede zaak dacht te dienen...

Ik heb u iets op te biechten. Het kost me moeite, maar de zaak is het waard. Nou, kom op, voor de draad ermee: ik ben een dominee. Jawel, lezers, ik ben al jaren predikant, pastor en dus een gelovig christen. Uit solidariteit met alle andere pastores en gelovige christenen kan ik niet anders meer dan het bekennen. Kome er wat komen moet; hoon en afkeer zullen mijn deel zijn, het is niet anders.

 

Ik vraag u alleen: oordeel niet te snel. Ik weet wel dat er pastores zijn die hun medemensen tekort doen. Menig christen moet zich beheersen om niet onrechtvaardig te zijn, haatdragend of liefdeloos. Tal van pastores, tot in de hoogste kringen, draaien er hun hand niet voor om andersdenkenden te veroordelen, te verketteren, te vervloeken.

 

Maar er zijn ook christenen die wel degelijk de liefde uitdragen, die gerechtigheid nastreven, opkomen voor de zwakkeren, die een eerlijk en authentiek leven leiden en mensen met een andere opvatting of levensstijl in hun waarde laten.

 

Wees dus voorzichtig met het stigmatiseren van gelovigen. Zeg niet te snel: het is maar een christen. Dan zal met enige regelmaat blijken dat u vaker dan u denkt een christen tegen het lijf loopt met een waarachtige ethiek.

 

Natuurlijk gaat het er hier niet om de onwaarachtige christenen de hand boven het hoofd te houden. Waar het kwaad geschiedt, dienen wij het te bestrijden, en niet alleen in België. Er zijn pastores die liegen, die stelen, die zich overgeven aan fundamentalisme of de bijbel gebruiken om anderen te onderdrukken. Er zijn er zelfs die seksueel verpozen met jongeren, en weer zeg ik: niet alleen in België.

 

Daarom dienen wij ook bijzondere aandacht voor de slachtoffers te hebben. Juist hun zullen we duidelijk moeten maken dat zij niet het slachtoffer zijn van christendom, maar van misbruik! Juist hen zullen we ervan moeten doordringen dat iedere vorm van misbruik crimineel is, maar niets te maken heeft met het christendom, het gelovig of pastor zijn in zijn zuivere vorm.

 

Ik heb mijn nek uitgestoken, omdat ik niet langer wilde zwijgen. Juist als pastor en als christen heb ik een boodschap aan de gediscrimineerden in onze wereld. Wij moeten samen op weg.

 

En nu ik toch aan het biechten ben. Ik ben niet helemaal eerlijk tegen u geweest. Uit oprechte bewogenheid heb ik mij laten verleiden tot een onzuivere omgang met de waarheid. Ik ben namelijk helemaal geen dominee, laat staan een christen. Ik heb spijt, bittere spijt van deze handelwijze, maar ik blijf staan voor wat ik heb gezegd. Dan maar alleen verder.